Tibetaanse nomaden zonder land
Tibetaanse nomaden in de provincie Qinghai worden van hun traditionele weidegronden geweerd door de Chinese autoriteiten.
De herders krijgen boetes als zij het verboden gebied nog betreden.
Er is verder geen verklaring uitgegeven over het verlaten van de provincie Darlag in Golog, of over de uitzetting van andere nomadengroepen uit nabijgelegen winterkampen.
Tibetaanse nomaden zijn gewend hun schapen en ander vee ongeveer twee en halve maand in de zomerweides te laten lopen. Dit jaar werden ze echter gesommeerd te vertrekken. 23 Augustus 2017 moest iedereen het gebied hebben verlaten, dat is niet alle herders gelukt.
Gewapende agenten hebben alsnog de nomaden gedwongen om weg te gaan en deze nomaden kregen ook een boete.
Wie niet zou vertrekken zou in de gevangenis eindigen.
Nomaden die in de dorpen Horkor en Takor wonen van Darlag’s Dernang-gemeente, is inmiddels verzocht om te verhuizen uit gebieden die als winterkampen zijn voorbereid. Ze kunnen echter nergens heen en worden nu dagelijks geconfronteerd met de voortdurende intimidatie door ambtenaren. De nomaden zijn erg bezorgd over wat er zal gebeuren, waar ze heen moeten en hoe het met het vee verder moet. De beste weidegronden van Yulshul en Golog zijn nu verboden terrein, hoe nu verder?
Volgens Chinese autoriteiten kunnen de Tibetaanse nomaden een opleiding krijgen en een ander beroep gaan uitoefenen. In werkelijkheid zijn er maar weinig beroepsopleidingen beschikbaar. Nomaden die geherhuisvest worden hebben weinig kans omgeschoold te worden en in de moderne economie vooruit te komen.
Bronnen: RFA.org; Kunsang Tenzin; Dorjee Damdul; Richard Finney. Naar het Nederlands vertaald en bewerkt door TSG
Lees meer over de situatie van Tibetaanse nomaden